Een tweeënhalf jarige Friese hengst kwam op consult bij dierenarts Rodinde Hoogenraad van Paardenkliniek Vinkega. De hengst heette Fugeltsje, Fries voor borrelglaasje, en volgens Hoogenraad was dat op dat moment een passende naam: ‘Het leek in beweging alsof hij wat te diep in het glaasje had gekeken. In stap gingen de achterbenen ongecontroleerd naar de grond als een ‘klapvoet’ en in de bochten zwaaiden de benen naar buiten uit. Fugeltsje kon wel draven, met moeite, maar in een overgang van draf naar stap knikte hij door zijn knieën en bij een scherpe draai viel hij bijna om’.
Ataxie of gewoon slap?
Fugeltsje vertoonde kenmerken die behoren bij een paard met ataxie. Ataxie is een aandoening van het zenuwstelsel. Door een beschadiging aan het zenuwstelsel komen signalen van de hersenen niet of slechts deels door, waardoor de gangen van een paard worden beïnvloed. Meestal is er sprake van een beschadiging aan de wervelkolom in de hals (het zogenaamde wobbler-syndroom). Dit kan komen door een ongeluk, trap of een val (trauma) of een los stukje bot (OCD) in de hals. Rodinde Hoogenraad zegt: ‘Meer dan eens kom ik een Fries paard tegen die op jonge leeftijd nog ‘slap’ is. Ook deze paarden hebben vaak een vertraagde reflex in de overgangen waardoor je ze iets ziet knikken in de achterknieën. Soms hebben ze ook moeite met galop. Dit is door training en bepaalde behandelingen van de knieën vaak te verbeteren. De scheidslijn tussen ‘slap’ en ataxie is soms een dunne, maar door een aantal testen uit te voeren weet je al gauw of je met een slap paard of met een Fries paard met ataxie te maken hebt. ’
Acupunctuur
Op grond van klinisch onderzoek en gemaakte röntgenfoto’s van de hals, vermoedde Rodinde dat het uit de rug kwam ter hoogte van T 18-L1, de overgang van de laatste rib naar de eerste lendenwervel. ‘Hoewel de reguliere diergeneeskunde niet veel mogelijkheden geeft om een dergelijke zenuwaandoening te behandelen, blijkt het vaak dat met lokale behandeling met acupunctuur technieken, tijd en een revalidatieschema soms toch resultaat wordt geboekt,’ stelt Hoogenraad, ’Ik heb de plek met manuele techniek en lokale acupunctuur behandeld. Vervolgens heb ik de eigenaar gevraagd om iedere dag met Fugeltsje aan de hand rechtuit te stappen, indien mogelijk wel een half uur. Dat is met een jong paard niet makkelijk, maar de eigenaar van Fugeltsje was zeer gemotiveerd en door de dagelijkse omgang ging het ook steeds makkelijker’.
Opgeknapt
Fugeltsje had na zes weken duidelijk een minder bolle rug, was veel minder pijnlijk en viel niet meer bijna om. De coördinatie van de achterbenen was nog wel afwijkend. Hoogenraad heeft toen de behandeling herhaald. Het voorjaar kwam eraan en Fugeltsje mocht in een klein stukje paddock, naast andere paarden maar niet terug in de koppel. Na zes maanden was hij al zo opgeknapt dat hij gelongeerd kon worden. Rodinde Hoogenraad besluit: ‘Inmiddels is Fugeltsje ruim 4,5 jaar en loopt een nette B/L dressuurproef, waarbij je misschien zou denken dat hij nog wat slap is, maar een fûgeltsje te veel op? Nee dat valt best mee…’
Lees het volledige praktijkverhaal van drs. Rodinde Hoogenraad in Phryso januari